De Voorstraat behoort, als dijk langs de oudste haven van Dordrecht, tot één van de vroegst bebouwde plaatsen van de stad. Vanaf het begin van de 14 de eeuw kwamen er ook huizen aan de waterzijde. Bewoners waren de beter gesitueerden. Rond 1850 was het een straat met woonhuizen en aan beide uiteinden veel winkels. Rond 1900 was de Voorstraat vrijwel geheel tot winkelstraat getransformeerd.
De aanvankelijk smalle Kolfstraat is één van de oudste zijstraten van de Voorstraat. De naam verwijst naar herberg de Colff, met aangrenzende kolfbaan die in de 16 de eeuw achter het hoekhuis te vinden was.
Het huis had kennelijk aantrekkingskracht op schoenmakers, want die woonden er zowel in de 16 de eeuw, als in het begin van de 18 de eeuw. Daartussen vinden we een tinnegieter, een bakker en een aantal weduwen. In het tweede kwart van de 19 de eeuw wordt het pand bewoond door een poelier. Rond 1860 maken de kippen en eenden plaats voor hoeden en petten en pelterijen. Dit blijft zo gedurende drie generaties van de familie Camerlingh. Het belendende perceel aan de Kolfstraat wordt in 1898 toegevoegd.
Bij de verbouwing van 1911 wordt de indeling van winkelpui in neo-renaissancestijl aan de Voorstraat gedeeltelijk veranderd; de deur gaat van het midden naar de linker zijde van de pui, iets terugliggend vanaf de straat, zodat een diepe etalageruimte ontstaat. Het trappenhuis achter de winkel verdwijnt ten gunste van een vergroting van het winkeloppervlak. De ingangen naar woning en werkplaats aan de Kolfstraat worden dichtgezet.
De winkel voor hoeden, petten en pelterijen blijft bestaan tot 1930. Vanaf 1964 is er voor twee jaar een kaaswinkel gehuisvest, waarna de Gemeente het pand opkoopt i.v.m. plannen tot verbreding van de Kolfstraat. Het komt uiteindelijk niet tot sloop.
Op een tekening, waarschijnlijk uit de jaren’ 60 van de twintigste eeuw is te zien dat de pui na 1911 nogmaals moet zijn gemoderniseerd, nu in geometrische stijl, waarvan de stijlen nog bestaan en de invulling nogmaals werd gewijzigd.
Het pand bestaat uit een winkel/woonhuis aan de Voorstraat, waarschijnlijk stammend uit de 17 de eeuw, met een later toegevoegde woning aan de Kolfstraat, verbonden door een tussendeel. De gevel is hoog opgetrokken voor een bescheiden kap en stamt evenals de zijgevel met de kozijnen - waarvan het kalf (tussenbalk tussen boven- en onderraam) is verwijderd - uit het derde kwart van de 18 de eeuw. Hierbij past ook de brede daklijst aan de voorzijde met een risalering die ontspringt bij de vensters van de tweede verdieping (foto). Aan de zijkant (Kolfstraat) is de latere optrekking aan de voorzijde, ten behoeve van een vertrekje achter de lijstgevel, goed te zien. Het achterhuis aan de Kolfstraat heeft een afgetopte mansardekap (tekening) en oudere raamkozijnen, die wijzen op een oorspronkelijke invulling van glas en lood in het bovenste deel en luiken (zonder glas) in het onderste deel. Wat hier ook opvalt zijn de toognagels waarmee stijlen en dorpels werden verbonden. Ook de duimen voor de buitenluiken zijn er nog (foto).
Beide achtergevels vertonen sporen van dichtgezette vensters. De kapspanten dateren waarschijnlijk nog uit de 17 de eeuw met veranderingen ten behoeve van de nieuwe daklijst in de 18 de eeuw.
Het interieur heeft vele verbouwingen doorstaan en is 20/21 ste eeuws.